Herken je dat stemmetje in je hoofd? Die innerlijke commentator die de hele dag door van alles vindt. Die zegt:
“Neem dat koekje nou maar, je hebt het verdiend.”
“Begin morgen wel met sporten, vandaag ben je moe.”
“Ach, één keer overslaan maakt toch niet uit?”
Dat stemmetje komt uit een deel van je brein dat we ook wel ons ‘oerbrein’ noemen. Het is een soort overlevingsmechanisme uit de oertijd, bedoeld om je te beschermen tegen gevaar en te zorgen dat je energie bespaart. Superhandig… toen we nog op mammoeten jaagden. Maar in onze moderne wereld werkt het ons vaak tegen.
Je bent niet je gedachten
Dat is een belangrijke eerste stap: beseffen dat ‘je gedachten niet de waarheid zijn’. Ze zijn suggesties. Meninkjes. Commentaar. Je hóeft er niets mee te doen. Alleen omdat je denkt: ‘Ik wil chips’, betekent dat niet dat je die chips moet pakken. Jij hebt altijd een keuze.
Het verschil tussen willen en doen
Ons oerbrein wil comfort, gemak en instant beloning. Dus als je moe bent, roept het: ’Plof op de bank!’. Als je je verveelt: ‘Neem iets lekkers!’. Maar jij, met je bewuste brein, kunt besluiten om iets anders te doen. Om bijvoorbeeld tóch even een blokje om te gaan. Of iets gezonds te eten omdat je weet dat je je daarna beter voelt.

Tips om je gedachten te managen:
1. Herken het stemmetje; Geef het een naam als je wil, maak het een typetje. Dat helpt om er afstand van te nemen.
2. Stel jezelf een vraag: Wil ik dit echt, of wil mijn gewoonte dit?
3. Adem en vertraag: Neem 10 seconden voor je iets doet. Zo geef je je bewuste brein de ruimte om te kiezen.
4. Kies vanuit je doel: Denk aan wat je echt belangrijk vindt: meer energie, beter in je vel, gezond zijn voor je kinderen.
5. Wees mild: Gedachten komen en gaan. Je hoeft er niet boos op te worden. Lach erom, en kies opnieuw.
Jij kunt dit. Je hoeft je niet te laten leiden door dat oude stemmetje. Elke keer dat je bewust kiest voor een gezonde maaltijd, voor beweging of voor jezelf, maak je die stem wat zachter. En wordt het makkelijker om te doen wat goed voor je is.
Dus: de volgende keer dat je denkt “ik heb geen zin”, vraag jezelf eens af: “Wat zou mijn toekomstige ik willen dat ik nu doe?”
En weet: jij bent de baas over je keuzes. Niet je oerbrein.
